Nieuws / Algemeen / Online lesgeven in de praktijk
Geschreven door Marcel Canoy - 12 juni 2020
Arjen de Jong, 35 jaar oud, getrouwd, twee kinderen en inmiddels elf jaar docent economie op de Passie in Rotterdam. Na zijn studie Bedrijfskunde aan de EUR heeft hij de tweedegraads lerarenopleiding afgerond aan de Hogeschool Rotterdam en vervolgens Driestar Educatief in Gouda. Momenteel doet hij de eerstegraads opleiding aan Fontys Hogeschool te Tilburg. Naast het lesgeven is hij actief in het mentoraat (havo 5) en zit hij in de onderwijsontwikkelgroep van zijn school.
MC: Hoe gaat dat online lesgeven in de praktijk?
De laatste tijd heb ik het vooral druk met examenklassen. Ik gebruik Teams in de les. En ik maak filmpjes die ik op mijn Youtube-kanaal zet. Dat zijn vaak uitleg filmpjes over opgaven of begrippen, in sommige gevallen op specifieke verzoeken van leerlingen in de appgroep. Best handig want die filmpjes kan ik volgend jaar weer gebruiken. Verder geven we minimaal één keer per week een online les. Die is wel meer eenrichtingsverkeer.
MC: Wat is het grootste verschil met het pre-corona tijdperk?
Ik mis vooral het sociale contact. Als je zo’n les geeft met het gros van de leerlingen die hun camera uit hebben, wordt het toch een soort zombiecollege. Het geeft een heel gek gevoel. Je krijgt geen gevoel of leerlingen opletten. Ook allerlei andere functies van het sociale contact zijn nu stukken minder of soms zelfs geheel afwezig. Je bent docent geworden mede voor dat sociale contact. Het werkplezier is daardoor wel wat minder geworden.
MC: Zijn er andere nadelen?
De verschillen tussen leerlingen nemen helaas toe. De goede leerlingen blijven gemotiveerd, maar voor de mindere leerlingen is het wel gemakkelijker geworden te duiken. En die worden ook niet altijd goed opgevangen door het thuisfront.
MC: Hoe monitor je dan of het goed met leerlingen gaat? Dat lijkt me best lastig dan.
Dat is ook zo. Ik los het op door veel intensiever en pro-actief contact te hebben met mijn mentorleerlingen dan voor corona. Ik ga ze zelf vaak appen, om in het algemeen te vragen hoe het gaat, maar ook als ik zie dat er openstaande opgaven bij een leerling zijn.
MC: Zijn er ook voordelen aan deze periode?
Zeker. De drempel om naar school te gaan is lager geworden. Ben je een beetje ziek of niet helemaal fris? Dan kun je gewoon online aanschuiven. En die gigantische puberpuist op het voorhoofd poets je weg door de camera uit te zetten. Ook het ziekteverzuim onder docenten is lager. Een raar bijverschijnsel is ook dat leerlingen gemiddeld meer doen, onder meer omdat de controle beter is.
MC: Zijn er dingen die je na corona nog gaat benutten?
Zeker! Iedereen is in korte tijd veel mediawijzer geworden. Ik heb nichtjes van 12 en 14, die zitten in de 1e en 3eklas. Wat die nu al aan vaardigheden hebben, is enorm. Ze lopen echt voor op dat vlak. Dat pak je ze niet meer af. Iets anders, ik had een collega die een complexe beenbreuk had. Vier maanden thuis gezeten. Nu denk je toch sneller: misschien kan ik wel online lesgeven, zo slecht gaat dat toch niet.
MC: Heb je nog een advies aan collega’s?
Ik zou collega’s aanraden leerlingen aan te moedigen de camera aan te zetten. Wegens privacy kun je dat niet afdwingen en niet alle leerlingen heb een camera. Maar het is wel fijn als het gebeurt. Ook goed voor het werkplezier. Verder zou ik dingen ontwikkelen waar je later nog iets aan hebt, zoals Youtube-filmpjes. Wat dat betreft moet volgend jaar een top-onderwijsjaar worden!
Lees meer blogs uit deze categorie
Lesgeven in tijden van corona